- arresteren
- {{arresteren}}{{/term}}1 [aanhouden] arrest ⇒ detain 〈vasthouden〉2 [beslag leggen op een persoon/zijn goederen] arrest 〈persoon; schip〉; seize 〈goederen〉♦voorbeelden:1 iemand laten arresteren • have someone arrested; 〈in verzekerde bewaring〉 give someone in(to) charge/custody
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.